06 mei Developmental Coördination Disorder (DCD)
Developmental Coördination Disorder (DCD)
Ontwikkelen gaat altijd gepaard met vallen en opstaan, maar sommige kindjes vallen letterlijk meer dan anderen. Kinderen met DCD hebben thuis, op school, tijdens hobby’s moeilijkheden met motorische vaardigheden. Ze worden vaak omschreven als stuntelig, onhandig en traag.
Wat?
Even theoretisch…
Voor de diagnose van DCD wordt er gekeken naar de volgende criteria:
- Het aanleren en uitvoeren van bewegingsactiviteiten (schrijven, fietsen, vangen…) verloopt onder het niveau dat verwacht mag worden volgens hun leeftijd.
=> Aan de hand van gestandaardiseerde motorische testen die door een kinesist afgenomen worden kan dit bepaald worden.
- De motorische moeilijkheden belemmeren activiteiten in het dagelijkse leven
=> Volgende vaardigheden verlopen vaak moeizaam waardoor dit hun functioneren op school, thuis, tijdens hobby’s… verstoort.
- Veters strikken, eten met mes en vork, knopen sluiten, schrijven, knippen en plakken… (fijne motoriek)
- Fietsen, zwemmen, springen, balanceren, mikken en vangen… (grove motoriek)
- De motorische moeilijkheden zijn op jonge leeftijd begonnen
- De motorische moeilijkheden zijn niet te wijten aan een verstandelijke beperking, visusstoornis…
DCD gaat ook vaak gepaard met andere ontwikkelingsstoornissen zoals ADHD, autisme en leerstoornissen (zoals dyslexie, dyscalculie).
Oorzaak?
Naar de oorzaak van DCD wordt er nog onderzoek gedaan.
Er zijn hypotheses over erfelijke factoren, afwijkende structuren in de hersenen en een verstoorde stofwisseling.
Kenmerken?
Bij kinderen met DCD zien we vaak dat de eerste mijlpalen zoals zitten, kruipen, stappen… later verworven worden dan verwacht.
Daarnaast is er een groot verschil in de kwaliteit van beweging. Zo zal bv. een 6-jarig kindje met DCD even ver kunnen springen als een 4-jarig kindje maar de uitvoering ervan zal duidelijk verschillen.
Kindjes hebben vaak weinig zelfvertrouwen en zullen deelname aan sportactiviteiten liever uit de weg gaan. Met overgewicht en emotionele problemen als gevolg.
Waarom is het belangrijk om een diagnose te stellen?
Het is belangrijk om de diagnose te stellen. Niet om een label op het kindje te plakken maar wel om de nodige hulp te kunnen bieden. Naast het oefenen op motorische vaardigheden met een kinesist – is het kindje informeren over DCD essentieel. Inzicht in DCD helpt het aanvaardingsproces.
De klas kan hier ook zeker in betrokken worden. Zo kunnen de klasgenootjes eens een cadeautje inpakken met keukenhandschoenen aan of voetballen met een rekker aan hun been.
Zo kunnen zij ook eens voelen hoe het is om DCD te hebben en tonen ze meer begrip voor de situatie.
Daarnaast is het zoeken van een (aan)gepaste hobby een belangrijke stap om sociale isolatie, en een verlaagde fysieke fitheid tegen te gaan.
Ook op school kunnen er hulpmiddelen ingeschakeld worden zoals een antislip matje op de stoel leggen, een kapstok vooraan in de rij, een goede buur, in de turnles geen groepjes laten kiezen door andere kindjes…
Het is niet het kindje met DCD dat zich aan de maatschappij. Maar het is de maatschappij die zich dient aan te passen aan het kindje met DCD!
Indien jullie nog vragen zouden hebben, of je wenst een afspraak te maken, kan je ons bereiken via onderstaande gegevens:
Paramedisch centrum BeLieve
09/ 258 81 58
ellen.schatteman@believe-med.be
Gerelateerd